Als projectleider binnen het Ruimtelijk domein word je gedetacheerd bij een gemeente, provincie, waterschap, omgevingsdienst of regionale samenwerkingsorganisatie. Je bent verantwoordelijk voor het inhoudelijk en procesmatig opzetten, organiseren en aansturen van programma’s/ projecten, om te komen tot het behalen van gedefinieerde programma-/ projectresultaten.
Kerntaken
- Stelt het projectplan op; stemt opzet, inhoud en besluitvorming af met opdrachtgever en beslissers;
- Draagt zorg voor realisatie van het project;
- Stuurt het projectteam aan, geeft opdrachten en aanwijzingen en betrekt indien wenselijk de omgeving (opdrachtgever, beslissers, belanghebbenden);
- Draagt vanuit het project zorg voor de implementatie van het inhoudelijke-en /of organisatiebeleid op tactisch niveau;
- Monitort het project;
- Bewaakt en stuurt op samenhang (-werking) en complementariteit tussen deelprojecten en projectleden;
- Schakelt tussen inhoud, proces en de belangen van alle partijen om ideeën en mogelijke oplossingen op te halen en/of keuzes te maken;
- Onderhoudt intern contact met de betrokken stakeholders.
Functie-eisen
- Je beschikt over een afgeronde, relevante HBO/WO opleiding;
- Je hebt enkele jaren relevante werkervaring.
Specialisaties
- Beleid- en projectmedewerker Duurzaamheid;
- Beleid- en projectmedewerker Energietransitie;
- Beleid- en projectmedewerker Klimaatadaptatie;
- Vergunningverlener;
- Projectmedewerker / (deel)projectleider;
- Beleidsmedewerker RO;
- Projectleider gebiedsontwikkeling.
Competenties
Eigenaarschap
Is zichtbaar eigenaar van meerdere onderwerpen/taken/producten.
- Adviseert gevraagd en ongevraagd ten aanzien van de betreffende onderwerpen/taken/producten.
- Zoekt samenwerking met nieuwe anderen om zaken gedaan te krijgen.
- Heeft gevoel voor kansrijke acties en/of producten en diensten.
- Anticipeert op de gevolgen van ontwikkelingen of beslissingen.
- Zorgt voor een werkklimaat waarbinnen initiatieven genomen kunnen worden.
- Is in staat met zijn manier van optreden invloed op beslissingen en denkbeelden van anderen uit te oefenen.
- Komt in optreden krachtig en zelfverzekerd over Versterkt op een voor de ander aantoonbare wijze een persoonlijke eigenschap en heeft daarmee succes (humor, enthousiasme, deskundigheid, etc.).
Flexibiliteit
Experimenteert met verschillende manieren van gedragen
- Werkt actief aan een brede inzetbaarheid;
- Beheerst een groot aantal verschillende werkwijzen;
- Denkt na over welke aanpak het beste bij een situatie past;
- Oefent met de eigen manier van gedragen in nieuwe en onduidelijke situaties om zo tot een betere aanpak te komen;
- Wisselt ook onder druk gemakkelijk van werkwijze of -stijl;
- Kan omgaan met onzekerheden in het werk.
Organisatiebetrokkenheid
Is betrokken bij de organisatie
- Weet waar de organisatie voor staat en past zijn gedrag hier op aan;
- Onderneemt actie om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen en veranderingen binnen de organisatie;
- Neemt actief deel aan projecten of activiteiten binnen de organisatie;
- Staat achter beslissingen die voor de organisatie nuttig zijn, zelfs als ze minder populair zijn.
Communiceren
Is in staat om een complexe boodschap helder over te brengen aan een groep
- Zorgt dat de boodschap aansluit bij de doelgroep;
- Heeft oog voor de manier waarop de boodschap bij de verschillende deelnemers overkomt en reageert daarop;
- Maakt gebruik van aansprekende voorbeelden om de boodschap over te brengen.
Vakkundigheid
Draagt kennis van het vakgebied over aan anderen
- Is in staat om kennis en vakkundigheid intern en extern aan anderen over te dragen;
- Zet zich in om een goede naam te verwerven op het vakgebied en/of als sr. professional;
- Participeert in overlegorganen en/of samenwerkingsverbanden en/of netwerkgroepen op het vakgebied.
Oordeelsvorming
Vormt zich een oordeel over complexe situaties met diverse belangen en gevolgen op lange termijn
- Houdt bij de afweging van criteria rekening met prioriteiten van de organisatie en belangen van anderen;
- Houdt bij de evaluatie van alternatieven rekening met meerdere scenario’s voor toekomstige ontwikkelingen;
- Heroverweegt beslissingen indien omstandigheden of ontwikkelingen daartoe aanleiding geven.
Leidinggeven
Geeft instructies
- Geeft duidelijke opdrachten, instructies en kaders aan medewerkers;
- Spreekt anderen op hun prestaties en gedrag aan;
- Is transparant over eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden en die van een ander;
- Toont voorbeeld gedrag en is rolbewust.