Als verpleegkundige 5/6 verleen je zelfstandige verpleegkundige zorg in (hoog) complexe, onvoorspelbare en instabiele zorgsituaties. Je stelt actuele en potentiële verpleegkundige diagnoses en je werkt aan preventie. Als verpleegkundige 5/6 ben je de regisseur van het zorgproces. Je zorgt voor passende interventies dat aansluit op de behoeften van zorgvragers. Je toont verpleegkundig leiderschap en draagt medeverantwoordelijkheid voor het aansturen van processen en de ontwikkeling van collega's. Als verpleegkundige 5/6 voer je verpleegtechnische handelingen uit volgens de richtlijnen van Vilans.
Kerntaken
- Regisseert en coördineert bij een complexe zorginhoudelijke vraag, om samen met het multidisciplinair team, tot een passende interventie te komen. Ondersteunt bij de uitvoering daarvan en betrekt waar nodig andere professionals;
- Zet een passende interventie in vanuit gids, coach, expert of adviseurschap, afhankelijk van de situatie van de zorgvrager;
- Weegt de waarde van verschillende kennisbronnen af voor de zorgvrager in het besluitvormingsproces;
- Houdt de verpleegkundige deskundigheid van zichzelf en anderen actief op peil. Draagt actief bij aan kennisontwikkeling;
- Analyseert het gedrag en de omgeving van de zorgvrager dat leidt tot gezondheidsproblemen van de zorgvrager of groepen zorgvragers. Zet preventieve interventies in, mede gericht op zelfmanagement van de zorgvrager;
- Toont verpleegkundig leiderschap door collega’s en teams aanwijzingen te geven, te adviseren en te coachen;
- Bewaakt op een methodische en kritische wijze de uitvoering en borging van de kwaliteit van de verpleegkundige zorg. Draagt (pro)actief bij aan de kwaliteitszorg van de organisatie.
Functie-eisen
- Diploma HBO-V;
- Geldige BIG registratie.
Specialisaties
- Bevoegd & bekwaam (e-learnings vermeld op de Academie);
- Verdiepingstraject niveau 5/6.
Competenties
Eigenaarschap
Is zichtbaar eigenaar van meerdere onderwerpen/taken/producten
- Adviseert gevraagd en ongevraagd ten aanzien van de betreffende onderwerpen/taken/producten.
- Zoekt samenwerking met nieuwe anderen om zaken gedaan te krijgen.
- Heeft gevoel voor kansrijke acties en/of producten en diensten.
- Anticipeert op de gevolgen van ontwikkelingen of beslissingen.
- Zorgt voor een werkklimaat waarbinnen initiatieven genomen kunnen worden.
- Is in staat met zijn manier van optreden invloed op beslissingen en denkbeelden van anderen uit te oefenen.
- Komt in optreden krachtig en zelfverzekerd over Versterkt op een voor de ander aantoonbare wijze een persoonlijke eigenschap en heeft daarmee succes (humor, enthousiasme, deskundigheid, etc.).
Flexibiliteit
Kiest uit eigen beweging voor een bepaalde aanpak/stijl
- Wisselt bewust en uit eigen beweging van aanpak als deze beter bijdraagt aan het doel;
- Beheerst meerdere aanpakken;
- Verandert de aanpak indien blijkt dat het gewenste resultaat niet behaald wordt;
- Past werkwijzen soepel en zonder weerstand aan als de situatie hierom vraagt;
- Staat open voor nieuwe informatie, meningen, omstandigheden en past zijn aanpak hier op eigen initiatief op aan;
- Springt bij zonder dat daarom moet worden gevraagd.
Organisatiebetrokkenheid
Is betrokken bij de organisatie
- Weet waar de organisatie voor staat en past zijn gedrag hier op aan;
- Onderneemt actie om op de hoogte te blijven van ontwikkelingen en veranderingen binnen de organisatie;
- Neemt actief deel aan projecten of activiteiten binnen de organisatie;
- Staat achter beslissingen die voor de organisatie nuttig zijn, zelfs als ze minder populair zijn.
Communiceren
Is in staat om een boodschap, idee of mening, zowel mondeling als schriftelijk begrijpelijk en helder over te brengen (individueel en/of aan groepen)
- Brengt structuur aan in een betoog, notitie of rapport;
- Luistert en brengt interactie tot stand;
- Stemt woordkeus af op het niveau van de ontvanger;
- Weet de ander te stimuleren en te motiveren.
Vakkundigheid
Beschikt over de kennis van het vakgebied en past die adequaat toe
- Toont expertise en vakkundigheid binnen het eigen vakgebied;
- Past specifieke kennis en kunde in de juiste situatie toe om problemen op te lossen;
- Vertaalt (theoretische) kennis of expertise naar de praktijk.
Leidinggeven
Geeft instructies
- Geeft duidelijke opdrachten, instructies en kaders aan medewerkers;
- Spreekt anderen op hun prestaties en gedrag aan;
- Is transparant over eigen verantwoordelijkheden en bevoegdheden en die van een ander;
- Toont voorbeeld gedrag en is rolbewust.